Groeten uit Canada (5)

Dag iedereen,

Het is al weer een hele tijd geleden dat ik nog is iets van mij heb laten horen. Het is bijna het einde van het jaar en ondertussen ligt er al terug een dikke 20 centimeter sneeuw. Tijd om terug te blikken op oogst 2020! Nog geen vijf  maanden nadat de gewassen gezaaid werden was het hoog tijd om te beginnen oogsten. Hoewel ik al wel het een en ander gezien had als het op de graanoogst aankomt, heb ik mij hier meermaals afgevraagd of ik de baas wel juist had verstaan. Af en toe wat natter graan afrijden dat kende ik al, gerst beginnen oogsten aan 22 tot 25 procent vocht, dat was iets nieuw…

Maar voor ik daarover verder uitweid moeten we beginnen bij het begin. Ik zit nog steeds in Noord-Amerika en hier worden veel gewassen die als voeder- of industriegewas geteeld worden afgespoten met Glyfosaat. In ons geval betekent dat dus dat het volledige areaal, met uitzondering van het round-up ready koolzaad en de CPS die als zaaigoed moet dienen volgend jaar, behandeld wordt. Bedoeling van deze bespuiting is in eerste instantie om een zo egaal mogelijke rijping te hebben. Door de grootte van de percelen en de verschillen in ondergrond zijn er plekken die voor of achter lopen op de rest van het perceel. Voorlopen is geen probleem tijdens de oogst, maar de plekken die achter staan gaan anders verloren tijdens het oogsten. Het is echter in geen geval de bedoeling om de rijping van het ganse perceel met enkele weken te gaan vervroegen. Als we dat zouden doen kan de glyfosaat tot in de korrels gaan en dat levert grote problemen op bij export. De timing bij deze bespuiting is dus zeer cruciaal, te vroeg dan tast je de korrels aan, te laat dan is de afsterving van het stro al te ver gevorderd en zal dat dus geen effect ondervinden van de glyfosaat. Dat is althans het geval voor tarwe en gerst. Bij het koolzaad is dat geen probleem en wordt de round-up vooral gebruikt om onkruiden en opslag van granen op te ruimen.

Na het spuiten is er een wettelijke wachtperiode van 14 dagen vooraleer we mogen beginnen oogsten. Die 2 weken zijn juist genoeg om ervoor te zorgen dat alles tip top in orde staat, daarna kan de veldslag beginnen. Donderdag 3 september was het dan eindelijk zover, de aanval op de gerst kon beginnen. Ongeacht wat het vochtpercentage was, er zou geoogst worden. Omdat de oogst de afgelopen 3 jaar nooit volledig was afgerond voor het begon te sneeuwen wou Vince dit jaar alles op alles zetten om dat te voorkomen, ook al betekende dat dat we alles zouden moeten drogen. De  eerste percelen gerst zijn geoogst aan 22 procent vocht, met lokaal uitschieters tot 25 procent. Wat overdag geoogst werd moest ’s nachts dan ook direct gedroogd worden. Graan drogen wordt een beetje de rode draad doorheen oogst 2020, maar later meer over dat drogen. Zoals de tijd vorderde ging ook het vochtgehalte van de gerst naar beneden en zo hebben we de laatste percelen droog kunnen oogsten. Eens we klaar waren met de gerst was het linea recta naar de tarwe, ook hier weer hetzelfde verhaal. Dorsen aan 18 procent vocht, alles de vrachtwagen op en drogen maar. Bij de tarwe hebben we voor het eerst ook de ‘bagger’ gebruikt. Alles wat we niet direct kunnen drogen wordt ter plaatse op het perceel in een slurf opgeslagen.  Later dit najaar, als de oogst afgelopen is, zullen we die slurven dan gaan opladen en drogen. Doordat we alles in die slurven opslaan op het veld verliezen we geen tijd en kunnen we blijven dorsen, zonder te moeten wachten op de drooginstallatie. Een bijkomend voordeel van graan opslaan in die slurven is dat het vochtgehalte doorheen de hele slurf na verloop van tijd wat homogener wordt. Dit maakt het dan weer makkelijker om de droger af te stellen en een constant vochtgehalte in de output te garanderen.

De tarwe-oogst heeft niet lang geduurd, na 4 dagen was er van de 400 hectare niets meer over. 100 hectare graan dorsen met 2 machines lijkt op het eerste zicht niet echt indrukwekkend. Dit komt omdat we hier niet veel tijd hebben tussen het moment waarop het ochtenddauw weg is en wanneer ’s avonds de dauw terug opkomt.  ’s Ochtends loopt het water letterlijk van de machines af en kunnen we dus vaak pas beginnen rond 14.00 uur. Eens ’s avonds de zon onder gaat is het een kwestie van wind of geen wind. Als de wind blijft waaien kan het lang duren voor het stro te taai wordt. Is die wind er niet dan het je hooguit nog een uur tijd voor je de machines kan parkeren, daarna is het onherroepelijk gedaan. Bij de tarwe en de gerst is dat dus een heel bepalende factor.  Bij het koolzaad speelt dit veel minder een rol omdat het stro nog groen is tijdens de oogst en dus sowieso al veel taaier is.

De oogst van het koolzaad is de laatste grote horde voor seizoen 2020 erop zit. Alles bij elkaar moet er een dikke 1400 hectare gedorst worden en dat is een hele opgave. Zoals eerder al vermeld wordt hier niet gewacht tot het stro volledig afgerijpt is, van zodra de korrel onder de 15% vocht gaat wordt er gereden en gaat indien nodig alles door de droger. Na een week begon het vochtgehalte in het veld eindelijk te dalen en hebben we een dikke 600 ton droog kunnen oogsten en rechtstreeks in onze eigen silo’s kunnen opslaan of naar de elevators en terminals gebracht. Dat betekende dat ik de cabine van de combine terug mocht wisselen voor de cabine van de vrachtwagen. En hoewel ik altijd heel blij ben als ik met de combine mag rijden ben ik ook altijd heel gelukkig als ik er vanaf mag komen en terug de weg op mag.

Het merendeel van de Liberty-ready percelen was geoogst en dus konden we beginnen aan de percelen met de round-up variëteit. Die laatste was een vroege soort en door die dan als laatste te zaaien sluit de oogstperiode min of meer aan op die van de Liberty variëteit. Even tussendoor, de soort koolzaad (Liberty of round-up) maakt voor de handelaren niet uit, alles wordt gewoon door elkaar geoogst, opgeslagen en verwerkt. Enig groot verschil is dat Liberty variëteiten doorgaans van betere kwaliteit zijn dan Round-up. Om de kwaliteit te bepalen wordt een staal van 200 korrels uitgerold op klapband en geplet, de zogenaamde ‘crush test’. Dan worden de groene korrels geteld. 2% groene korrels is de limiet voor een grade 1 sample en dus de beste prijs. Een liberty gewas zal zo goed als altijd een Grade 1 sample zijn. In round-up soorten zijn er regelmatig problemen en zal in de meeste gevallen Grade 2 worden toegekend. Maar dat terzijde, voort met de oogst!

De percelen die nu nog resteren in Grande-prairie waren absoluut nog niet droog, en daarmee wil ik zeggen meer dan 20% vocht. 20% vocht in koolzaad is de limiet voor de testapparatuur die wij hier gebruiken. Alles daarboven ‘doesn’t test’ zoals we hier zeggen. Koolzaad dat zo nat is bewaard absoluut niet in silo’s en gaat ook heel traag door de drooginstallatie (hooguit 3 ton per uur). Een deel kon direct gedroogd worden, voor de rest was de enige optie om te slurven en dan achteraf te drogen. Door het koolzaad op te slaan in die slurven kan er geen zuurstof aan en kunnen we dus langer bewaren zonder dat het begint op te warmen. Nu we het merendeel op het veld zelf opslaan verschoof de hoofdzaak van mijn werk naar het afleveren van gerst aan de elevators en controle van de droger en dat betekent terug lange dagen maken. ’s Morgens om 6 uur vertrekken om om 7 uur in de rij te staan bij de handelaar en ’s nachts pas om 2 uur gedaan hebben met voorladen voor de volgende ochtend is geen uitzondering. De handelaren sluiten weliswaar om 20 uur, maar nadien moet de silo die de droger voedt nog worden volgereden en dat duurt lang in koolzaad. Maar je hoort mij niet klagen, ik heb het liever te druk dan dat ik met mijn vingers sta te draaien.

Van zodra ons contract voor de gerst vol was ben ik dan naar de boerderij in Eaglesham verhuist. Daar was Edmund bijna klaar met zijn oogst en kon die alvast beginnen aan de laatste 400 hectare terwijl Vince, Ian en Martin probeerden om Grande Prairie af te werken. In Eaglesham hebben we hulp gekregen van Vince’s schoonbroer Maurice. Die heeft zijn eigen boerderij in Fahler, een klein dorpje nabij Eaglesham. Sinds Maurice al rond was met zijn oogst is hij met 1 van zijn combines en enkele vrachtwagens ons komen helpen. Zo hebben we op 2 dagen de eerst 150 hectare afgereden onder ons 4, Edmond en Maurice op de combines, Max -de Duitse stagair van Edmond- op de overlaadwagen en ikzelf op de vrachtwagens. Terwijl ik weg was met de ene vrachtwagen werd de andere geladen, op die manier moesten de combines nooit stilstaan. De laatste 250 hectare hebben we met 4 machines afgereden. De jongens waren klaar in Grande Prairie en zijn toen met de combines naar Eaglesham gereden, een trip van een kleine 4 uur. Het moet een geweldig zicht geweest zijn in het veld, 4 dorsers naast elkaar. Ik heb die dag het veld zelfs niet gezien. Met 4 dorsers gaat het zo snel dat ik nooit op tijd terug in het veld was voor de volgende vrachtwagen vol was. Om alles wat sneller te laten verlopen kwam Ian alvast mijn richting uit met de geladen vrachtwagen, als we elkaar dan tegenkwamen wisselen we en kan hij met de lege terug naar het veld. Op zich had Ian ook rustig tot aan de boerderij kunnen rijden maar hij heeft geen geldig rijbewijs voor vrachtwagens. Door te wisselen moest Ian nooit van de dirt-roads afkomen en daar wordt zoveel aandacht niet besteed aan al dan niet een rijbewijs hebben.  Dankzij de hulp die we kregen hebben we op 3 dagen tijd 550 ton kunnen oogsten en tijdelijk opslaan in de silo. Nu is het een kwestie van de ventilatie dag en nacht laten te draaien tot we tijd hebben om die grote hoeveelheid koolzaad naar Grande Prairie te vervoeren en te drogen. Aan 18.5% vocht zou de ventilatie moeten volstaan om te voorkomen dat de boel gaat opwarmen. Het enige wat niet mag gebeuren is dat het overdag ook blijft vriezen. In dat geval riskeren we dat we te koude lucht de silo inblazen en we zo de onderste laag koolzaad gaan bevriezen. Dat stopt de luchtstroom en zal er voor zorgen dat er broei gaat optreden in de silo en zo al dat koolzaad verloren gaat.

Het seizoen, en daarmee ook mijn tijd in Canada, is zo goed als voorbij. Nog enkele weken drogen en graan afleveren en dan is het voorbij. Het wordt daarom ook hoog tijd dat ik begin plannen te maken voor seizoen 2021. Hoe langer ik hier zit hoe meer zin ik heb om hier nog een jaartje te blijven. Het is daarom dat ik vorige week ben begonnen met de aanvraag van een Amerikaans visum om daar nog een jaar extra op stage te gaan. Voorlopig is het wachten op de bureaucratie die zijn werk moet doen maar ik hoop u binnen enkele weken meer over te kunnen vertellen. Tot dan!

Tot volgende keer, in Canada of Amerika!

Sim

 

 

 

 

%d bloggers liken dit: