Evers test nieuwe ruggenteeltcultivator voor maïs

Begin mei testte Evers in het oosten van Nederland een nieuwe machine die ruggen opbouwt om naderhand mais in te zaaien. Deze techniek is afkomstig van het noorden van Duitsland, waar deze techniek al een tijdje gebruikt wordt. Vooral bij extreme weercondities (zoals overvloedige regen en droogte) levert het zaaien in ruggen grote voordelen op.

De zaaicombinatie bestaat uit een speciaal ontwikkelde woeler die de grond waar de maisrijen komen 20 tot maximaal 45 cm diep bewerkt. De rechte woelertand mengt de grond niet, maar breekt storende lagen en oude ploegzolen open. Door de bodem in de rij los te woelen kan het gewas gemakkelijk dieper wortelen. De rechte woelertand wordt gevolgd door twee speciaal ontwikkelde elementen. Deze elementen vormen aan beide zijden van de rijen de rug. Erder uitgereden meststoffen komen zo in de rug terecht, wat als voordeel heeft dat ze op het juiste moment beschikbaar zijn voor de wortels van de plant. Doordat de grond tussen de rijen alleen oppervlakkig wordt bewerkt trekt oppervlaktewater via de rug in de bodem. De voedingsstoffen worden daardoor naar de wortels van de plant geleid in plaats van dat de wortels op zoek moeten naar de voedingsstoffen. De rug wordt stevig aangedrukt met gietstalen rollen die zorgen voor een goede vastlegging van de rug. Vervolgens worden de ruggen met een maiszaaimachine ingezaaid.

Uit onderzoeken is gebleken dat het wortelgewicht van mais op ruggen zo’n 25% hoger is dan het wortelgewicht bij conventionele teelt. Uiteindelijk leidt dit tot een duurzame maisoogst.

%d bloggers liken dit: